DE PASSIEVRUCHT

1 Primaire gegevens
Auteur: Karel Glastra van Loon
Titel: DE PASSIEVRUCHT
Uitgave: Amsterdam, januari 1999
2 Inhoud (samenvatting)
Armin hoort dat hij zijn hele leven al onvruchtbaar is door een medisch onderzoek dat hij en zijn vriendin Ellen zijn ondergaan. Hij denkt eerst dat het een foutje is, dat is onmogelijk, hij heeft immers een 13 jaar oude zoon. Toch blijkt dat het waar is. Hij heeft het syndroom van Klinefelter, dat is een aangeboren afwijking van de geslachtschromosomen waardoor zijn sperma geen zaadcellen gevat. Dit betekent dus dat Armin niet de vader is van Bo, en dat Monica, zijn toenmalige vrouw, is vreemdgegaan. Helaas kan Armin niet naar Monica toe, omdat ze overleden is. Armin is helemaal doorgedraaid bij haar dood, en hij ging aan de drank. Ellen, de beste vriendin van Monica, heeft Armin toen uit het diepe dal gehaald.
Armin denkt aan niets anders dan wie de echte vader van Bo is. Allereerst verdenkt hij Robert, een ex-vriend van Monica. Hij blijkt het echter niet te zijn, hij weet niet eens dat Monica al tien jaar dood is.
Vervolgens worden de huisarts en Nico Neerinckx, een vroegere collega van Monica, verdacht. De eerste blijkt van niets te weten. De tweede daarentegen wordt wel erg verdacht als blijkt dat zijn oudste zoon ook Bo heet. Armin is er zeker van dat hij de dader is, maar zwijgt er verder tegen bijna iedereen over, behalve tegen Ellen en Dees, zijn beste vriend. Dees is een grote steun voor Armin, ze praten meestal samen in de kroeg. Dees vertelt dan aan Armin over zijn nieuwe ideeën over de evolutietheorie van Darwin, die volgens Dees niet klopt.
Als Armin en Bo samen een weekend op Ameland zijn, zegt Armin in een ruzie tegen Bo dat hij zijn vader niet is.
Vlak hierna sterft de vader van Armin. Als hij en Dees het huis ontruimen vindt Armin een briefje van Monica aan zijn vader. Er staat: ‘ik ben zwanger. M.’
Het is nu wel duidelijk wie de echte vader van Bo is. Thuisgekomen geeft Ellen hem een brief van Monica aan Bo. Hierin legt ze aan hem uit wie zijn vader is. Het blijkt nu dat Armin en Bo halfbroers zijn.
De tweede verhaallijn loopt tussen de eerste door. Deze vertelt het leven van Armin met Monica voor haar dood. Armin vertelt hoe ze hun zoontje Bo kregen en hem opvoedden. Ook vertelt hij van haar dood en de eerste weken daarna.
- DE VERDIEPING
3.1 Compositie en tijdsverloop
Om Armin te laten weten dat hij zo’n ziekte heeft, moet het verhaal wel in deze tijd afspelen, omdat je voor zulke informatie wetenschappers de kennis nodig hebben die pas rond deze tijd is ontwikkeld. Hetzelfde geldt voor de apparatuur dat nodig is voor zulke onderzoeken.
Het verhaal is niet chronologisch verteld. De ik-persoon, Armin, krijgt veel flashbacks naar de tijden met z’n eerste geliefde Monika, toen ze nog niet zwanger was. En naar de tijden dat ze met z’n drieën waren, hij, Monika en Bo, dus de tijd voor Monika’s dood.
De tijd waarin de verteller z’n verhaal vertelt is waarschijnlijk een jaar, maar als je naar de actuele tijd gaat kijken verloopt er zo’n 15 jaar, dus inclusief flashbacks. Aan het einde van het verhaal is Bo 14 jaar en Armin krijgt ook nog flashbacks over zijn tijd met Monika, voordat ze Bo kregen. Dus dat betekent dat het verhaal in totaal ongeveer 15 jaar tijdsverloop heeft.
3.2 Ruimte
Er is vaak sprake van ruimtewisseling. Armin woont in Amsterdam en vaak speelt het verhaal zich in zijn huis en in de omgeving van zijn huis af. Ook op het eiland, Ameland, deze plek heeft een sentimentele waarde voor Armin, omdat hij hier vaak met Bo en Monika ernaartoe ging om lekker bij het strand te gaan liggen. In de tegenwoordige tijd van het verhaal gaat Armin er nog steeds naartoe en dan houdt Bo hem ook gezelschap. Vaak is Armin ook te bevinden in een café, waar Bo altijd met hem meeging toen hij nog klein was, omdat hij anders alleen thuis zou zijn. Waar het verhaal ook een paar keer plaatsvindt, is in het huis van Niko Neerinckx. Niko Neerinckx was de laatste persoon die Armin verdacht vond als Monika’s minnaar.
3.3 De wijze van vertellen
Mijn boek is een ik-boek, dus een ik-vertelwijze. De ik-verteller is in dit verhaal de hoofdpersoon zelf, Armin.
3.4 Thema
Akelige onwetendheid.
Dit vind ik een bijpassend thema, omdat Armin bijna het hele verhaal door 'gepest' word door zijn onwetenheid over wie de echte vader van Bo is.
3.5. Personages
De drie belangrijkste personages in dit verhaal zijn:
- Armin: Hij is de hoofdpersoon, een grote natuurliefhebber. Hij geeft om de mensen die hem dierbaar zijn. Hij is iemand die het niet zomaar opgeeft, hij heeft soms wel is z’n dieptepunten wanneer hij aan de drank gaat.
- Bo: Z’n uiterlijk wordt niet beschreven. We weten wel dat Bo op Armin lijkt, want ze zijn immers halfbroers. Voor zover ik weet, was Bo een rustig persoon, vooral omdat hij niet veel zei.
- Monika: Ze is de dode vriendin van Armin, moeder van Bo en was een collega en vriend van Ellen (Armins tegenwoordige vriendin). Bij Monika werd beschreven dat ze mooi rood haar en een erg witte huid had. Monika werd beschreven als een spontaan en direct persoon.
3.6. Titel, ondertitel en motto
De titel ‘DE PASSIEVRUCHT’ wordt niet letterlijk in het boek vermeld. Ik denk dat de schrijver hiermee Bo bedoelt. Dat Bo de passievrucht is die Monika en de vader van Armin, Cor, met passie hebben verwekt.
Het motto van dit boek is:
‘From the start
Most every heart
That’s ever broken
Was because
There always was
A man to blame’
Dolly Parton (‘It Wasn’t God Who Made Honkytonk Angels’)
Ik denk het verband tussen het motto en het verhaal is, dat het hart van Armin was gebroken toen hij hoorde dat hij heel z’n leven al onvruchtbaar is en dat het betekende dat zijn vrouw vreemdging. En dat uiteindelijk bleek dat Monika met z’n vader, Cor, vreemdging, was dat hartbrekend voor hem. Het motto zegt dan ook dat er altijd een man is om de schuld te geven bij een gebroken hart. Hierbij is dan waarschijnlijk Armins vader, Cor, bedoeld, want hij is dan de man die verantwoordelijk is voor de gebroken hart van z’n zoon, Armin.
4. Keuzeopdracht
Voor mijn keuzeopdracht heb ik een stripverhaal gemaakt over een deel van het boek. Dit boekfragment is aan het einde van het boek.
- Literaire vormen
De beste hoofdgenre die bij dit boek past, is proza, want er is niet echt iets aparts met de stijl van de tekst dat het bij poëzie of bij toneel hoort.